Blog

Racebanen en knikkerbanen in het klaslokaal: het testen van de elektriciteitseenheid

Als onderzoeker in het MisstoHit project verzamelde ik veel speelgoed. Vrienden en familie boden hun racebanen en knikkerbanen aan zodat ik deze materialen kon gebruiken in de klas voor een hands-on experiment rondom het onderwerp elektriciteit. De knikkerbaan en de auto’s op een weg dienden als analogie voor elektrische stroom. Tijdens onze eerste proef speelden de kinderen vooral. Natuurlijk voerden ze activiteiten uit die ontworpen waren door de projectleden, maar ze speelden toch ook veel. De auto’s raceten door de klas, de leerlingen controleerden de auto’s, knikkerbanen van anderen en door veel te proberen konden ze de vragen op hun werkbladen beantwoorden.

Leren door te doen voor onderzoekers en ontwikkelaars
In MisstoHit leren leerlingen door te experimenten. Tijdens deze eerste proef  leerden de onderzoekers en ontwikkelaars ook door te doen. We hebben veel geleerd van die eerste experimenten. Om te kunnen voorkomen dat de leerlingen vooral gaan spelen is het belangrijk om erg specifiek te zijn over de activiteiten. Dit kan bereikt worden door leerkrachten activerende vragen te geven die aan de leerlingen gesteld kunnen worden om ze aan het werk te zetten en werkbladen te geven met meer specifieke vragen over waar de leerlingen aan werken.

Belangrijkste les: Bespreek het met de leerlingen!
We hebben ook geleerd dat het als leerkracht belangrijk is om te praten met de leerlingen over hun bevindingen en ervaringen in de fase van discussie en conclusie. Wanneer de leerlingen hands-on experimenteren met de materialen geleid door vragen worden ze uitgenodigd om hun eigen experimenten uit te voeren en hun eigen conclusies te trekken. Dit kan resulteren in een scala aan verschillende experimentele opzetten en meetfouten kunnen snel voorkomen. Discussies in de klas geven de leerkracht de mogelijkheid om de uitkomsten van verschillende groepjes met elkaar te vergelijken en de verschillen en mogelijke verklaringen met de leerlingen te bespreken.

Tijdens onze eerste proef bespraken we bijvoorbeeld de verschillen die werden veroorzaakt door de materialen. De banen die we gebruikten voor onze activiteit waren geleend en waren eerder gebruikt door kinderen om mee te spelen. Sommige materialen waren daardoor wat ruw geworden wat wrijving veroorzaakt kan hebben op de baan. Niet alle molens draaiden soepel, en daarom vonden de leerlingen het moeilijk om een knikkerbaan te bouwen die het molentje constant liet draaien. Was dit een probleem? Aan de ene kant had het makkelijker geweest om perfecte materialen te hebben. Aan de anderen kant zullen materialen die op school veel worden gebruikt ook niet hun perfecte toestand behouden. Volgens de leerkrachten die meededen aan dit experiment voegde de discussies juist iets toe aan het leerproces, omdat de leerlingen zo leerden om kritisch te kijken naar hun eigen bevindingen en zoeken naar alternatieve verklaringen. En dit een belangrijk aspect van de wetenschappelijke praktijk.

Leave a Comment

Related Posts